Pannetje Belgisch Stoofvlees
Goed gereedschap is het halve werk

recept voor luie koks

Het is alweer een tijdje geleden, maar ik kook nog steeds graag. Geïnspireerd door de lokale gerechten experimenteer ik om wat lekkers op tafel te zetten. Dit recept heeft ondertussen de goedkeuring van de mee eters, dus deel ik het graag met jullie.

Je komt wat tegen in een restaurant in Belgie en denkt bij jezelf “Dat is lekker zeg, wat zou er in zitten?”. Dan ga ik zoeken op internet, in dit geval zowel in Belgie als in Nederland en combineer het een en ander tot het naar mijn gevoel lekker smaakt. Het resultaat mag je zelf beoordelen (commentaar kan je op Facebook kwijt waar dit ook is gepubliceerd).

Ingrediënten

2 grote uien wit
2 grote uien rood
1.5 kilo runderpoulet
2 laurierblaadjes
2 kruidnagels
thijm
3 flesjes bruin abdij bier (Leffe)
2 flinke lepels appelstroop (Luikse)
3-4 sneden bruin brood
Zaanse grove mosterd
peper
zout
azijn

Bereiding

De voorbereiding: snipper de uien (grof). Snijdt het vlees in mooie stukken van maximaal 4×4 cm en open de flesjes bier (heb je een extra flesjes… schenk dat vooral in voor jezelf). Verwarm je oven op 150 graden.

Zet een (gietijzeren) ovenbestendige braadpan op het vuur en smelt daarin een klont (room)boter. Gooi de uien erin en laat glazig (niet bruin!) worden.

Tegelijk zet je een diepe koekenpan – gietijzer als je dat hebt, anders een hapjespan – op het vuur met een klont boter en braad op een hoog vuur in porties het vlees (gekruid met peper & zout) even om-en-om aan. Ik verdeel het vlees in 3 porties zodat het ook echt aanbraad (in plaats van koken in het eigen vocht). Per portie gooi ik ook een beetje extra boter in de pan erbij.

Het gebraden vlees doe je in de grote braadpan bij de uien. In de koekenpan (zet het vuur even iets lager) giet je heel rustig de 3 flesjes bier uit. Volle vlam er weer onder en het bier aan de kook brengen. Heb je een gietijzeren pan dan kan je met een vork het aanbaksel even losroeren (anders met een plastic of houten spatel). Als het bier kookt kan het in de braadpan erbij. Wel even roeren zodat het mooi verdeeld is. 

Op deze massa kan je nu de smaakmakers laurier en kruidnagel toevoegen. Ik prik de kruidnagels altijd in de blaadjes, kan ik ze er weer makkelijk uithalen als het klaar is. Beetje thijm (met gevoel) erbij.

Nu mag je ook de twee FLINKE eetlepels appelstroop toevoegen. Terwijl dit lekker pruttelt besmeer je de bruine boterhammen DIK met de mosterd. Die boterhammen vervolgens – met de besmeerde kant onder – op de massa leggen.

Deksel op de pan en het geheel in de voorverwarmde oven schuiven. Dit moet ongeveer (dat is afhankelijk van je vlees) een uurtje of 4 in de oven staan. Zelf roer ik om het uur even zodat ik het in de gaten kan houden. Het is klaar als het vlees een mooie malsheid heeft bereikt en de boterhammen zijn opgenomen. Ik probeer altijd of het vlees makkelijk uit elkaar komt. een scheutje azijn erdoor roeren en je stoofvlees is klaar.

Serveren met aardappels (gekookt mag, maar in België uiteraard in Ossewit gefrituurd) en een frisse witlof salade. Eet Smakelijk!